Co-regulatie en het gebrek daaraan

Voor kinderen is co-regulatie essentieel.
Als ouders met aandacht luisteren naar wat een kind beleefd heeft, wat het daarbij voelt, empathie daarvoor toont en de emotie benoemt, leert een kind deze te herkennen. Door uit te spreken wat de ouder waarneemt, ‘Ik zie dat je verdrietig bent’, leert het kind wat verdriet is en hoe dat voelt. Hetzelfde geldt voor plezier, boos, gefrustreerd, bang, etc.
Doordat de ouder niet afwijzend reageert maar met aandacht bij het kind blijft leert het dat het oké is om deze emoties te voelen én te tonen.
Zelfs een baby voelt dit al haarfijn aan doordat zijn overlevingsinstinct op de achtergrond meekijkt, zelfs zonder het vermogen van woorden. Op gevoelsniveau voelt de baby aan wat er gezegd wordt.
Op deze manier leert het kind hoe de verschillende emoties in het lijf voelen, dat je die mag tonen en dat de ouder dan nog bij je blijft ook; zijn emotie (en daarmee voor het kind zijn geheel) niet afwijst. Het kind voelt de erkenning en het begrip van de ouder en zal zich veilig voelen, waarmee de kans vergroot wordt dat het zijn emoties met de ouder blijft delen, ook wanneer hun leven in de pubertijd op zijn kop staat.
Helaas loopt de emotionele ontwikkeling bij veel kinderen anders. Moet het ‘doorzetten, niet piepen’; voelt het de afwijzing. 

Dan wordt het overlevingsinstinct (zie vorige blog) actief, gaat het de emoties onderdrukken en verleert het hoe deze voelen; dat ze oké zijn en een doel dienen. Dat het uiten en daarmee ontladen van de emotie ruimte geeft en spanning wegneemt. Dan kan het deze emoties zelfs van zichzelf gaan afwijzen of veroordelen; bijvoorbeeld ‘wanneer ik me boos voel ben ik slecht’.
Aangezien de emoties wel blijven komen maar niet herkent en ontladen worden gaat het als een ondergronds veenbrand voortleven in het lijf en komen deze op verschillende manieren zo af en toe aan de oppervlakte. Vaak als spanningen in het lijf; lage rugklachten, schouder en nek, migraine, darmklachten. En om de emoties maar te blijven ontwijken maken we onszelf wijs dat ‘deze klachten nu eenmaal bij mij horen. Mijn vader had het en mijn opa ook, het zit in de familie.’ Dat is maar zeer de vraag.
Waarschijnlijker is dat het niet erkennen van emoties, het afwijzen daarvan een patroon in de familie is, met dezelfde lichamelijke uitwerking daarop in de opvolgende generaties. Of verdoven we onszelf, met drank of drugs. Ook overmatig werken of sporten kunnen we dan als strategie inzetten.
Wanneer het kind voldoende co-regulatie heeft ervaren leert het beetje bij beetje om zichzelf te reguleren. In het volwassen leven zal het in staat zijn de emoties waar te nemen en een vrije keuze kunnen maken om het te verduren of te delen. Dat laatste zal dan zonder de lading van oude emoties zijn, maar to-the-point en in relatie tot de aanleiding.
We kennen allemaal wel iemand (als je het zelf niet bent, ik was dat wel), die allerlei oude troep meeneemt in een eruptie van boosheid of verdriet. Dan is er in woorden of lading meer heftigheid dan door de aanleiding van dat moment te verwachten valt.
Herken je jezelf in bovenstaande?
Massagetherapie is een vriendelijk en zachte manier om te onderzoeken hoe jij hebt geleerd om te reguleren, en hoe dat in het heden invloed heeft op hoe je je voelt en de keuzes die je (onbewust) in het leven maakt.